Een selectie van Marco van Noort die opviel vanwege de helder witte lippen in scherp contrast met de goed oudroze bloemhoofden.
Het is een vrijwel onuitroeibare, dus sterke vaste plant met mediterrane uitstraling voor elke standplaats, Ze verdraagt zon net zo goed als schaduw.
Statig gebouwd archetype.
Spectaculair glimglanzend groot, diep groen blad, stevige, statige aren met heerlijke zuiver witte bloemen.
De bloemen van Acanthus stonden model voor een van de meest bekende en meest gekopieerde voortbrengsels van de decoratieve kunst: de Corinthische zuil ornamenten.
Acanthus bloeit meestal door tot de eerste vorst. Het begin kan na een strenge winter wat langer op zich laten wachten, maar ze zijn uitstekend sterk.
Dat Acanthus een moeilijke plant zou zijn is grote flauwekul, integendeel; ze verdraagt alle denkbare omstandigheden. In het zuiden vermijden ze de grote hitte door in de zomer af te sterven. Bij ons doen ze dan juist maar wel een klein beetje verward hun ding.
Heerlijk donkergroen en fijn besneden blad, onontbeerlijk voor architectonisch bewuste tuiniers.
Doet het dus ook prima in de schaduw, onder een boom of struik.
De diep chocolade bruin-rode bladkleur maakt deze slaande schoonheid zeer begeerlijk. Sterk zoet vanille geurende roomwitte bloemen aan lange stelen.
Officieel voor de schaduw, maar je krijgt bij ons ontheffing af te rekenen met wat bruin blad na de echt hete zomerdagen, maar ook intensievere bladkleur en wat meer bloei als ze in de zon staat. Water geven mag ook.
Die geur is groots.
Een heerlijke tamelijk nieuwe met het diepste donker strak bruinrood contrasterend blad. De bloemen blijven maar even roze. Na een paar dagen zijn ze gewoon wit.
De bloemen zijn zeer geurend.
Als ze genoeg vocht krijgen mogen ze ook in de zon. Ze overleven alles.
Dit zijn langlevende, zeer sterke planten.
De donkerste die wij kennen.
Stevige kruipende bodembedekker voor de vochtige schaduw.
Het glimmende blad is bijna zwart zo donker.
Inheems, dus fijn voor de bijtjes.
Nog zo'n sprookjesplant van Elizabeth en Alasdair MacGregor die we kennen van de fantastische 'Wild Swan'.
De eerste bloemen zijn enkel, later worden ze halfgevuld.
Dit zijn precies de kleuren waar ik bij Anemone al zo'n 25 jaar naar zoek.
Wie de echte engelwortel zoekt voor culinaire toepassingen, moet deze hebben.
Een heemplant met sprookjesachtige, archaïsche uitstraling. De hele plant inclusief bloemen is groen met rode stengels.
In Frankrijk wordt de stengelvoet versuikerd en als eetlust bevorderend snoep geconsumeerd. En wat wil je nog meer in Frankrijk, behalve eetlust?
Monocarp, dus laten uitzaaien. Ze houden zich gemakkelijk zelf in stand via zaad.
Inderdaad, de bloemen openen appel groen en verkleuren dan langzaam naar crème.
Misschien geweldig om je witte border naar een hoger plan te trekken of voor je rariteiten kabinet.
Doet het net als alle akeleien het beste op de overgang tussen zon en schaduw.
Groen maar fris zoet.
Concurrerend met Pulmonaria om het meest zilveren blad. De groene aders accentueren het zilver. De lieve bloemetjes zweven daar boven aan dunne steeltjes..
Een cult-plant nog steeds, ik weet niet precies waarom ook alweer. Maar zeker niet onaardig.
Een bus Engelse tuinreizigers voldoet meestal om onze hele voorraad te plunderen.
Donker groen - purper blad en fantastisch sprekende paarsblauwe bloemen heeft deze vrij recent (1996) in China gevonden plant.
Ze groeit er van nature op vochtige beschaduwde plekken langs bergbeekjes.
Indrukwekkend en wellicht de allerbeste blauwe.
Heel gewoontjes misschien voor sommigen; een zuiver wit met maar weinig vlekjes, tweejarig vingerhoedskruid. Maar ik geniet er nog steeds erg van.
Ze staat bekend als geneeskruid, maar mocht je ze net als ik alleen maar nodig hebben om er van ver van te genieten, dan kan dat dus gerust.
Ze zaaien zich zelf uit als ze op de juiste plek staan.
Een reusachtige landschapsplant voor de grotere tuin. Grote witte wolken in de nazomer. Subtiel, groots en heerlijk makkelijk en onderhoudsarm, precies wat je nodig hebt in een grote tuin.
Bijen hebben hier een bijzonder late dracht aan.
Geweldig materiaal voor grootse composities.
Een zeer makkelijke plant met veel impact. Fors, sfeerbepalend en standvastig maar ook compact en bloeirijk. Met dank aan Piet Oudolf voor de introductie in 2013.
Als in het najaar deze wolken op kleur komen brengt dat de tuin in een heel andere fase en sfeer. Het verrast me elk jaar weer aangenaam hoe alles ongemerkt ingrijpend veranderd.
Als je er plaats voor hebt; planten.
Deze lage kruipende soort heeft fijn en donker naaldvormig blad. De geurende bloemen beginnen geelgroen en verkleuren naar rood, de schutbladeren zijn geelgroen. Een van de kleinste in het geslacht die van zich afbijt door goedaardig te woekeren. Er vormt zich snel een vrij dichte zode die echter buurplanten niet hindert. Ze groeit op de armste en moeilijkste plaatsen waaronder droge schaduw nog gemakkelijk weg.
Deze bevelen wij aan voor droge moeilijke plekken waar anders niets meer wil groeien. De stolonen kruipen zelfs op de ongunstigste plekjes nog gestaag maar niet problematiisch verder.
Het blad ontwikkelt zich na de geurige bloei eind april en wordt in het najaar intensiever rood.
De bloemen hebben een sterke, heerlijk zoete geur.
Deze is opmerkelijk, de 'reuzenvorm' van die lage kruiper die gaat waar geen enkele andere plant gaan kan: de droge schaduw. Vorst deert ze niet.
Zo hoog opgaand worden het van die lekkere geurende bollen.
De foto is gemaakt in maart in 'Jardin D'Enteoulet'.
Uit het wild in de buurt van Nice, natuurlijk.
Maar evengoed bijzonder sterk en winterhard. Bloei van begin zomer tot herfst.
Misschien wel de allersterkste en beste wolfsmelk van allemaal maar wel soms kortlevend.
Geef ze de ruimte, ze groeit breed uit. Het fijne naaldvormige blad knip je in het voorjaar diep terug.
Iedereen moet deze geweldige gele wolkjes planten.
Een imposante nieuwe purperklok.
Het grote ronde blad is opvallend roze in het voorjaar en verkleurt in de zomer naar purper.
De aangegeven hoogte is, zoals altijd de bloemhoogte, het blad komt tot 30 cm.
Showstopper.
Alweer een nogal nieuwe, maar nu met de vreemdste bladkleur ooit gezien.
Wel heel leuk dit. Daar kan je vast van alles mee in frisse combinaties.
De bloemen zijn onbeduidend, in tegenstelling tot het opvallende blad.
Veelkleurig purperklokje. Het blad kan tegelkijk roze, geel, oranje en rood zijn. In de loop van het seizoen kan de plant er door de veranderende temperaturen heel verschillend uitzien.
Sterke, bijna bladhoudende planten met slechts een natuurlijke vijand; de taxuskever.
Zoet spul.
Het blad van deze is donker, bijna bruin in de winter en wordt in herfst en voorjaar helderder van kleur. In de zomer dat kenmerkende abrikoos oranje.
Brandend blad.
Heucherella is de kruising van Tiarella met Heuchera. Het zijn makkelijke bladplanten. Ze verdragen zowel koude als hitte uitstekend en zijn aantrekkelijk voor nuttige insecten. Het blad van 'Buttered Rum' is bij warm weer oranje, in koude periodes nemen rood-roze tinten het over.
Wij houden wel van wat warmte in een bonte border.
Het blad van deze bijzonder kleurrijke Heucherella komt meer in de buurt van dat van Heuchera. Bij warm weer neemt oranje de overhand de rest van het jaar is het vooral rood en geel.
Ze kan behoorlijk overhangen en doet het dus ook goed in 'hanging baskets' of over een muurtje.
Een koperen waterval.
Toen ons land nog uitsluitend uit oerbos bestond was dit een van de belangrijkste soorten uit de vochtige kruidlaag onder de bomen. Tegenwoordig zou dat look zonder look zijn.
Ze past nog steeds heel goed in ons klimaat. Als je niet op tijd terug knipt kan melisse zich rijkelijk uitzaaien.
Lekker citroenkruid voor je dagelijkse tuinthee en vegetarische champignon ragout.